Sommige conclusies klinken zo logisch dat je bijna zou vergeten dat ze nooit wetenschappelijk aangetoond waren. Neem nu de bewering dat iemand met een goede conditie een grotere kans heeft om een hartaanval te overleven. Dat klinkt natuurlijk heel vanzelfsprekend, maar is het dat eigenlijk wel?

Onlangs werden onderzoeksresultaten gepubliceerd van de universiteit in de Amerikaanse staat Baltimore. Daar werden de gegevens van meer dan tweeduizend personen geanalyseerd. Deze mensen hadden een gemiddelde leeftijd van 62 jaar en ondergingen allen een inspanningstest, om te kunnen vaststellen hoe het was gesteld met hun lichamelijke conditie. Hierbij werd gebruik gemaakt van de zogenoemde MET-score, de letters MET staan voor 'Metabolic Equivalent of Task'. Een MET is een eenheid om uit te drukken hoeveel energie het kost om bepaalde fysieke activiteiten te verrichten. Zo is een MET-score van 1  te vergelijken met zitten op een bank, een MET-score van 3 met lopen en een MET-score van 7 met joggen. Bij een MET-score van 12 is sprake van hardlopen, dit is tevens de hoogst haalbare score in de test.

Uit het onderzoek kwam onomstotelijk bewijs naar voren dat een goede conditie van belang is bij het overleven van een hartaanval. Van de deelnemers aan dit onderzoek behaalden 634 mensen een MET-score van 10 of hoger. In vergelijking met de andere deelnemers lag het sterftecijfer na een eerste hartaanval bij deze mensen veertig procent lager. Met andere woorden, omdat deze mensen een goede conditie hadden, bleken ze een hartaanval beter te kunnen overleven. Deze conclusie wordt nog eens onderstreept door het feit dat een derde van de 754 mensen die een MET-score van 6 of lager behaalden alsnog overleed binnen een jaar nadat de eerste hartaanval zich voordeed. De cijfers tonen aan dat er een verband is tussen de fitheid en de kans op overlijden na een hartaanval. Ze laten echter niet zien welke oorzaak hier concreet aan ten grondslag ligt.