075 230 00 52 | KLANTENSERVICE
0item(s)

U heeft geen producten in uw winkelwagen.

Over de precieze werking van onze hersenen is nog maar heel weinig bekend. Regelmatig worden er onderzoeken gedaan waaruit nieuwe feiten naar voren komen, maar voorlopig weten we meer niet dan wel over het functioneren van ons brein. Een bijzondere ontdekking die recent is gedaan door neurowetenschappers houdt verband met de manier waarop we omgaan met taal. Gebleken is dat de interpretatie van woorden die we opvangen niet in één bepaald gebied van de hersenen wordt geregeld, maar in verschillende gebieden. Nog opvallender is dat verschillende mensen voor bepaalde woorden hetzelfde hersendeel gebruiken.

Je bent nooit te oud om te leren, zo luidt een bekend gezegde. En inderdaad, vanaf het prille begin van ons leven tot op hoge leeftijd leren we er elke dag weer nieuwe dingen bij. Een enorme hoeveelheid informatie slaan we eerst op in onze hersenen om vervolgens op een later moment te kunnen reproduceren en toepassen waar nodig. Zo gaat dat ook met het leren van de taal. We leren er steeds weer nieuwe woorden bij, we weten wat ze betekenen en we weten hoe we ze uit moeten spreken. Hoe onze hersenen dat allemaal opslaan, daarover is niet zoveel bekend. Wel weten we sinds kort dat we bepaalde woorden kennelijk op een vaste plaats in de hersenen rangschikken. Wetenschappers zijn erin geslaagd om die locaties enigszins in kaart te brengen. Zie het maar als een atlas, waarin je precies kunt zien welk gebied waar ligt. Op basis van MRI-scans hebben de neurowetenschappers kunnen vaststellen dat we hiervoor verschillende gebieden in de buitenste laag van het brein gebruiken.

Meestal worden wetenschappelijke onderzoeken en de daarop volgende conclusies gebaseerd op grote groepen mensen, maar in dit geval waren slechts zeven proefpersonen bij het experiment betrokken. Toch lijkt dat voldoende te zijn om de bijzondere conclusies te kunnen trekken. Deze zeven mensen kregen gedurende twee uur verhalen te horen, die ze via een zogenoemde podcast konden beluisteren. Terwijl ze dat deden, werd hun hersenactiviteit met behulp van de MRI-scan gemeten. Daarbij viel op dat woorden met een bepaalde betekenis door de proefpersonen in hetzelfde gedeelte van de hersenen werden geregistreerd. Hoorden ze bijvoorbeeld woorden die te maken hadden met mensen, dan lichtte bij alle proefpersonen hetzelfde gebied van het brein op in de scan. Hoorden ze woorden die betrekking hadden op nummers, dan lichtte weer een ander deel van het brein op, dat ook voor alle proefpersonen gelijk was. Het onderzoek maakt een einde aan de theorie dat alleen de linker hersenhelft zou worden gebruikt voor het verwerken van taalgerelateerde informatie.

13 mei 2016 11:37:08 door Raimond Bos Psyche en brein

Een paar dagen logeren bij familie of vrienden...? Een fijne vakantie in binnen- of buitenland...? De kans is groot dat je de eerste nacht moeite hebt om de slaap te vatten. Ook zul je de nacht waarschijnlijk als onrustig ervaren en zul je de volgende ochtend minder goed uitgeslapen zijn dan wanneer je thuis in je eigen bed zou hebben gelegen. Een ongemak dat we altijd voor lief hebben genomen, zonder is af te vragen wat daar nou precies de oorzaak van is. We zijn inmiddels een stap dichter bij het vinden van een antwoord op die vraag.

Onderzoekers van de Brown University in het Amerikaanse Rhode Island zijn er achter gekomen dat de linker hersenhelft gedurende de nacht een zekere activiteit blijft vertonen wanneer we voor het eerst op een vreemde locatie slapen. Alsof er een soort nachtwaker actief is die de omgeving blijft scannen om ons zo voor mogelijk gevaar te behouden, zo blijft de linker hersenhelft op een bepaalde wijze zijn werk doen terwijl wij proberen te slapen. Je zou kunnen stellen dat we als het ware in een soort surveillance modus verkeren, maar dat is natuurlijk niet de beste manier om goed te slapen. Vooral in de diepere slaapfase blijkt een bepaald deel van de linker hersenhelft actiever te zijn dan hetzelfde deel in de rechter hersenhelft, gedurende de eerste nacht op een vreemde plek. Bijzonder is dat het verschijnsel zich alleen voordoet in de eerste nacht op een bepaalde locatie. Het lijkt erop dat we in ons onderbewustzijn een soort bewakingssysteem hebben, dat zich realiseert dat we ons bevinden in een onbekende omgeving. De volgende nacht kunnen we terugvallen op de ervaringen van de nacht ervoor en lijkt ons brein ons toestemming te geven om echt in slaap te vallen.

Het Amerikaanse onderzoek was tamelijk eenvoudig van opzet, maar leverde opzienbarende gegevens op. Met een groep van vijfendertig proefpersonen werden drie experimenten gedaan, waarbij de hersenactiviteit werd gemeten. Ze werden uitgenodigd om naar een speciaal laboratorium te komen, waar ze twee nachten moesten doorbrengen. Telkens bleek daarbij dat de activiteit in de linker hersenhelft aanmerkelijk hoger was in de eerste nacht dan in de tweede nacht. Ook lieten de onderzoekers onregelmatige pieptoontjes horen bij het rechteroor van de deelnemende proefpersonen tijdens hun slaap. Informatie die via het rechteroor binnenkomt, wordt door de linker hersenhelft geïnterpreteerd. Van deze pieptoontjes werd men eerder wakker dan van een even sterke pieptoon bij het linkeroor, waarvan de informatie door de rechter hersenhelft wordt verwerkt. Ook hierbij geldt dat het verschil verdween in de tweede nacht op dezelfde locatie. Het is een beetje te vergelijken met de kat, die ligt te soezen op de grond, maar intussen wel bij elk geluid de oortjes spitst. Kennelijk hebben wij mensen ook een systeem in ons dat verdachte geluiden waarneemt tijdens de eerste nacht op een voor ons onbekende locatie en snel kan ingrijpen wanneer er daadwerkelijk gevaar zou dreigen.

8 mei 2016 22:06:55 door Raimond Bos Psyche en brein

De ene persoon plaatsen we op een voetstuk, de andere lopen we ongeïnteresseerd voorbij. Hoe komt het dat we voor bepaalde types kiezen...? En is er een bepaald patroon te ontdekken in onze partnerkeuze...? Men zegt ook wel dat tegengestelde types zich tot elkaar aangetrokken voelen, maar is dat werkelijk zo...?

Om met dat laatste te beginnen, dat is een fabeltje. Het mag er misschien soms op lijken dat we zijn gevallen op een partner die precies het tegenovergestelde lijkt te zijn van wat we zelf zijn, maar dat komt vooral omdat de verschillen meer opvallen dan de overeenkomsten. In feite vallen we juist vooral op types die veel overeenkomsten met ons hebben. We willen eigenlijk allemaal iets van onze ouders terugzien in onze toekomstige partner. Dat gaat onbewust, pas wanneer je achteraf de situatie gaat analyseren, blijkt dat er in veel gevallen bepaalde parallellen te trekken zijn. Maar natuurlijk is dit niet het enige aspect waarop we onze partnerkeuze baseren. In het overgrote deel van de relaties komen beide partners min of meer uit hetzelfde milieu. We lijken een voorkeur te hebben voor iemand van dezelfde etnische afkomst, hetzelfde opleidingsniveau, dezelfde mate van aantrekkelijkheid en hetzelfde soort gedragingen. Een kanttekening hierbij is echter wel dat we dergelijke potentiële partners ook veel sneller tegenkomen, omdat die zich doorgaans in onze directe omgeving bevinden.

Mannen vallen in principe vooral op vrouwen die er gezond uitzien. Hieraan ligt een biologisch motief ten grondslag. Een man is vrijwel zijn hele leven in staat om zich voort te planten, waar een vrouw dat slechts gedurende een beperkt aantal jaren kan doen. Een man kan zich uiteraard alleen voortplanten wanneer hij een vrouwelijke partner heeft en verondersteld wordt dat dit een verklaring is voor het feit dat de wat oudere mannen vaak kiezen voor een wat jongere partner. Immers, wanneer de vrouw nog in staat is om een gezin te stichten, biedt dat vanuit biologisch oogpunt nieuwe kansen. Vrouwen met lang haar, een stralende huid, een slanke taille en iets bredere heupen maken daarom in veel gevallen een goede kans bij de mannen. Naar mate de jaren vorderen, zijn de hier genoemde kenmerken meestal veel minder prominent of helemaal niet meer aanwezig. Zie daar de logica achter de keuze van de man voor een jongere partner. Omgekeerd kiezen vrouwen vaak voor een man met typisch mannelijke kenmerken, zoals brede schouders, een sterke kaaklijn en een diepe stem. Mannen kunnen op hogere leeftijd vaak nog goed aan deze 'eisen' voldoen.

Los van de uiterlijke kenmerken valt er ook het nodige te zeggen over bepaalde karaktereigenschappen die we van elkaar interessant vinden. Een vrouw zal bij het beoordelen van een man in veel gevallen letten op de wijze waarop hij zichzelf verzorgt. Hoe staat hij in het leven...? Hoe gaat hij om met zijn geld en wat koopt hij ervoor...? De gedachte bij dit alles is dat een man, die goed in balans is en zichzelf goed onderhoudt, waarschijnlijk met haar hetzelfde zal doen. Mannen die te lief en aardig zijn worden al snel gewantrouwd, omdat de vrouw dan meestal het vermoeden heeft dat er meer achter zit. Wantrouwen is geen goede basis voor een relatie. Wanneer een man heel duidelijk is over zijn intenties, heeft dat meestal meer effect dan wanneer hij een beetje om de hete brei heen probeert te draaien. Mannen kiezen graag voor vrouwen die echtheid en puurheid uitstralen, spontaan zijn en goed kunnen luisteren. Humor is een factor die door zowel mannen als vrouwen vaak wordt genoemd als gewenste eigenschap bij de partner. Helaas bestaan er veel verschillen van inzicht over dit thema, zodat een gevoel voor humor nog lang geen garanties geeft op een goede match.

29 apr. 2016 20:26:00 door Raimond Bos Psyche en brein

De hersencapaciteit van mannen neemt op hogere leeftijd sneller af dan die van vrouwen. Dat beweren Amerikaanse wetenschappers op basis van een jarenlange studie. De bevindingen van de onderzoekers, verbonden aan het National Institute on Aging in de stad Baltimore (Maryland) werden onlangs door het tijdschrift Aging and Psychology gepubliceerd.

Bijna vijfendertig jaar lang werd door de wetenschappers de hersenactiviteit van een groep senioren getest. Het ging om personen tussen de 50 en 83 jaar oud, zowel mannen als vrouwen. Ze werden om de negen jaar aan een test onderworpen, zodat het verloop van de hersenactiviteit door de jaren heen kon worden vastgesteld. De groep van ongeveer tweeduizend personen bestond uit relatief hoog opgeleide Amerikanen. Dat maakt het onderzoeksresultaat ook meteen wat beperkt, omdat immers niet duidelijk is of dezelfde conclusie voor alle senioren zou kunnen worden getrokken. De uitgevoerde tests hadden betrekking op verschillende aspecten van het dagelijks leven waarbij het menselijk brein een belangrijke rol speelt. Zo moesten er gesprekken worden gevoerd, waarbij werd gekeken naar de woordenschat en het vermogen om vloeiende zinnen te maken. Ook werd een geheugentest gedaan en werd bekeken hoe het was gesteld met de zogenoemde psychomotorische snelheid, dat is de snelheid waarmee gedachten door iemand in bewegingen kunnen worden omgezet.

Gebleken is dat de mannen op vrijwel alle punten minder goed scoorden dan de vrouwen. Het enige waarin de mannen de vrouwen wisten te verslaan was het ruimtelijk inzicht, want ze wisten de afstanden tussen twee voorwerpen beter in te schatten dan de vrouwen. De conclusies die de wetenschappers uit hun onderzoek hebben getrokken zijn overigens niet geheel nieuw. Uit eerdere studies was al duidelijk geworden dat biologische veranderingen in de hersenen bij vrouwen kennelijk langzamer verlopen dan bij mannen. Wat hiervan de oorzaak is, blijft vooralsnog onduidelijk. Enkele jaren geleden werd in het verlengde hiervan een verklaring gegeven voor het feit dat vrouwen gemiddeld ouder worden dan mannen. Dit zou ook te maken hebben met een langzamer inwendig verouderingsproces, maar dan met name van het immuunsysteem. Ons immuunsysteem beschermt ons tegen allerlei schadelijke indringers, zoals bacterieën en virussen. Wanneer dit systeem niet meer voldoende functioneert, zijn we dus veel meer vatbaar voor dodelijke ziektes.

23 apr. 2016 17:48:07 door Raimond Bos Psyche en brein

De mens heeft een interne klok, die het ritme van de dag bepaalt. Daarnaast heeft de mens vaak een tweede klok, die op het nachtkastje staat. De wekker haalt ons bruut uit onze slaap, zodat we belangrijke afspraken op tijd kunnen nakomen. Maar diezelfde wekker zorgt er ook voor dat we een zogenoemde social jetlag oplopen. Daarmee doen we onszelf bepaald geen plezier. Sterker nog, er wordt een verband gelegd met bijvoorbeeld obesitas.

Laten we even terug gaan naar de oorsprong van ons leven. In vroeger tijden hadden we geen werkgevers, waar we op vaste tijden verplichtingen aan hadden. We hadden geen afspraken bij allerlei instanties, die we stipt op tijd moesten nakomen. Kortom, er was geen verplicht tijdstip om 's morgens op te staan. We werden wakker wanneer we voldoende slaap hadden gehad, we voelden ons uitgerust en we gingen aan de slag. Tegenwoordig laten we ons wakker maken door een wekker of door de mobiele telefoon, die naast ons op het nachtkastje ligt. Die wekker verstoort ons slaapritme op ruwe wijze. In onze slaap onderscheiden we verschillende fases, die samen ongeveer anderhalf uur in beslag nemen. Daarna begint de cyclus weer opnieuw, tot het moment waarop je voldoende slaap hebt gehad. Dan word je wakker. Wanneer je dit patroon bekijkt, snap je ook meteen dat het niet handig is om ergens halverwege zo'n fase gewekt te worden. Je lichaam is er dan gewoon nog niet op voorbereid om wakker te worden en dat heeft zo zijn consequenties.

Mensen die net een vliegreis achter de rug hebben vanuit een gebied in een andere tijdzone, hebben last van een zogenoemde jetlag. Dat is het verschijnsel dat zich voordoet wanneer je interne klok niet meer synchroon loopt met de kloktijd. Je hebt bijvoorbeeld net een hele dag achter de rug en je lichaam maakt zich klaar voor de nacht, maar opeens ben je terug in Nederland en is het halverwege de ochtend. Je zou eigenlijk naar bed moeten, maar je hebt nog een hele dag te gaan. Je kunt dagenlang last hebben van een jetlag, je voelt je moe en hebt moeite je goed op dingen te concentreren. Bij een social jetlag gebeurt iets soortgelijks. Iedereen zou eigenlijk de wekker weg moeten doen en ervoor moeten zorgen dat er elke nacht voldoende tijd is om te slapen, met een natuurlijke vorm van ontwaken aan het slot. Vervolgens is het dan wel de bedoeling om er ook uit te gaan en niet onnodig te blijven liggen, want daardoor raakt je lichaam alsnog uit balans. Er zijn aanwijzingen dat mensen met een onregelmatig slaapritme gemiddeld een hogere BMI-waarde hebben en dus meer kans op obesitas.

19 apr. 2016 17:44:22 door Raimond Bos Psyche en brein

De manier waarop mensen bewegen, zegt iets over hun persoonlijkheid. Meer specifiek kan worden gesteld dat mensen, die op dezelfde wijze bewegen, vaak ook gelijksoortig gedrag vertonen. Wetenschappers aan de universiteit van de Engelse stad Exeter hebben met behulp van een uitgebreide test vastgesteld dat er een verband bestaat tussen iemands persoonlijkheid en de manier waarop hij of zij beweegt.

Voor het onderzoek werd aan een aantal proefpersonen gevraagd om bepaalde bewegingen te maken. Deze bewegingen werden met behulp van sensoren nauwlettend geregistreerd. Bij de test kregen de deelnemers onder meer te maken met ballen aan een touw, die ze van links naar rechts konden bewegen. Uit de manier waarop de testpersonen dat deden, konden de onderzoekers hun conclusies trekken. Ze ontdekten dat mensen met dezelfde manier van bewegen ook dezelfde gedragskenmerken vertonen. De snelheid en de soepelheid waarmee iemand beweegt, zegt dus kennelijk het nodige of iemands persoonlijkheid. In het verlengde daarvan is ook duidelijk geworden dat mensen die min of meer op dezelfde manier bewegen, ook gemakkelijker een interactie met elkaar hebben dan mensen die elk op een andere manier bewegen. Men stelt vaak dat tegenpolen zich tot elkaar aangetrokken voelen, maar kennelijk geldt dat niet voor de manier van bewegen.

Op basis van het onderzoek hopen de wetenschappers meer inzicht te kunnen krijgen in de mentale gezondheid van mensen. Dat zou er uiteindelijk toe kunnen leiden dat diagnoses en de daaraan gekoppelde behandelingen beter op het individu kunnen worden afgestemd. Het komt erop neer dat iedereen als het ware een soort 'bewegingshandtekening' heeft, waarin bepaalde patronen te herkennen zijn. Door die patronen te analyseren kan belangrijke informatie over iemand worden verkregen, zo blijkt uit dit onderzoek.

10 apr. 2016 13:32:00 door Raimond Bos Psyche en brein

De smartphone heeft ons leven wezenlijk veranderd. Veel bezitters van zo'n klein computertje grijpen elke gelegenheid aan om even snel hun e-mail te checken, social media te gebruiken of zich op de hoogte te stellen van het laatste wereldnieuws. Waar voorheen een pauze werd gebruikt om te ontspannen, wordt nu intensief naar het beeldscherm gestaard. Dat brengt met zich mee dat het aantal sociale contacten terugloopt, er minder wordt gedaan aan beweging en er een nieuw soort klachten ontstaat, zoals nekklachten door het voortdurend buigen van het hoofd in de richting van het mobieltje.

De smartphone werd in de afgelopen jaren voor sommige mensen een waar statussymbool. Los daarvan vormt het wonder der techniek een vorm van vermaak, die in eerste instantie misschien redelijk onschuldig lijkt te zijn, maar die velen steeds meer in zijn macht lijkt te hebben. Het is bijkans een heuse verslaving, veel mensen kunnen bijna niet meer zonder hun mobiele telefoon. Het apparaat mag dan formeel nog steeds een telefoon zijn, de belfunctie is stilaan de minst gebruikte mogelijkheid van het toestel geworden. Met name de komst van het internet op de telefoon heeft ervoor gezorgd dat veel mensen hun smartphone vooral gebruiken om berichtjes te ontvangen en verzenden. Amerkiaans onderzoek toont aan dat met name mensen die hun zenuwen en impulsen niet zo goed onder controle hebben, vaak fervente gebruikers van de smartphone zijn. Om tot die conclusie te komen legden wetenschappers van de Temple University in Philadelphia aan negentig mensen een keuze voor. Ze konden gebruik maken van de mogelijkheid om, een jaar nadat de vraag werd gesteld, een bedrag van duizend dollar te ontvangen, of direct een lager bedrag contant te ontvangen.

Wanneer iemand ervoor koos om te wachten en na een jaar duizend dollar te ontvangen, had die persoon volgens de onderzoekers het vermogen om prikkels beter te kunnen weerstaan. De mensen die voor een directe, lagere uitbetaling kozen, zouden weinig impulscontrole hebben. Op zich geen bijzondere conclusies, maar dat veranderde toen de onderzoekers van dezelfde negentig personen ook het gebruik van de mobiele telefoon onder de loep namen. Toen bleek dat de mensen die minder controle over hun impulsen hadden, vaker gebruik maakten van de smartphone. Dit zou komen omdat deze groep mensen meer moeite zouden hebben met 'nee' zeggen. De verleiding van de mobiele telefoon lonkt in feite de hele dag door en het is voor sommige mensen erg lastig om deze verleiding te kunnen weerstaan. Het gebruiken van de mobiele telefoon levert op de korte termijn wellicht een geluksgevoel op, maar op de lange termijn kan het er juist voor zorgen dat iemand er juist in psychische zin onder lijdt, omdat het effect van deze vorm van vermaak op ons lichaam en onze geest van heel andere orde is als het praten met collega's of het maken van een wandeling.

4 apr. 2016 21:32:29 door Raimond Bos Psyche en brein

Iemand kan eenzaam zijn te midden van anderen, maar iemand die alleen is, hoeft zich nog niet direct eenzaam te voelen. Alleen zijn krijgt helaas te vaak een negatieve lading, terwijl het juist heel verhelderen kan werken om juist even niet onder de mensen te zijn. Ten onrechte wordt alleen zijn vaak als iets dat ongewenst is beschouwd. Toch wordt vaak gesteld dat het heel verstandig is om je elke dag even een uur af te zonderen van alles en iedereen en even letterlijk tot jezelf te komen.

Wanneer je met enige regelmaat helemaal alleen bent, en de kunst verstaat om daarvan te genieten, zul je relaties met andere mensen meer gaan waarderen. De momenten die je samen doorbrengt leveren dan meestal een sterker geluksgevoel op, terwijl je er tegelijkertijd mee voorkomt dat die relaties in een soort dagelijkse sleur belanden. Het is op deze manier elke keer weer opnieuw leuk om elkaar te zien en met elkaar van gedachten te wisselen. Bovendien geeft alleen zijn je totale rust. Zolang je samen bent met anderen, ben je ook op die andere mensen gefocust. Je bent er, al dan niet bewust, mee bezig om die andere mensen te vermaken, te begrijpen, te troosten of een weerwoord te bieden. Dat kost allemaal energie en het kan er bovendien toe leiden dat je daardoor niet meer voldoende aan jezelf toekomt. Door je enige tijd af te zonderen kun je letterlijk weer tijd en energie in jezelf investeren.

Veel mensen schijnen er moeite mee te hebben om alleen te zijn. Wanneer dat alleen zijn langere tijd duurt, kan dat ook best lastig zijn. Maar wanneer je erover nadenkt dat je op dat moment gewoon kunt doen waar je zin in hebt, zonder met de gevoelens of plannen van een ander rekening te houden, gaat het al een stuk gemakkelijker. Zo kun je dan echt genieten van het alleen zijn, omdat het je een gevoel van onafhankelijkheid geeft. Zolang je ervan weet te genieten, zul je ook niet zo snel verlangen naar gezelschap om je heen en kun je het alleen zijn dus goed aan. Bovendien wordt je in je eentje veel minder snel afgeleid, waardoor je veel productiever zult zijn. Ga je niet aan de slag, dank krijg je in elk geval voldoende tijd om na te denken. Misschien zijn er knopen die je voor jezelf nog moet doorhakken...? Door wat tijd voor jezelf te nemen, zie je vaak opeens beter in hoe het allemaal zou moeten en neem je wellicht besluiten die je steeds maar vooruit schoof.

Of je het nu wilt of niet, in zekere zin hou je altijd wel rekening met de mensen om je heen. Dat kan wel eens tot een schuldgevoel leiden. Misschien herken je bij jezelf het beeld van telkens excuses maken omdat je bang bent iemand te kwetsen of omdat je het gevoel hebt raar over te komen, niet begrepen te worden, iemand in de weg te staan, enzovoort...? Welnu, wanneer je enige tijd alleen bent, hoef je daarover geen zorgen te hebben. Ook hoef je niet te zoeken naar erkenning, de mening van anderen doet er opeens niet meer toe. Je staat er immers alleen voor en je hoeft niet eerst aan iemand anders te vragen wat hij of zij ervan vindt. Vertrouw liever op je eigen gevoel, dan op de mening van een ander. Instinctief weet de mens over het algemeen zelf heel goed wat hij wil en hoe iets moet. Jezelf met regelmaat even kunnen afzonderen van alles en iedereen maakt je uiteindelijk sterker. Je zult krachtiger in het leven staan en de hectiek van alledag beter kunnen doorstaan.

22 mrt. 2016 23:21:49 door Raimond Bos Psyche en brein

Ben je jaloers aangelegd...? Dan heb je een veel minder leuk leven dan iemand die geen jaloerse gedachten heeft. Iemand die jaloers is, wil het liefste hebben wat een ander heeft, dat kan zowel iets materieels zijn als een omstandigheid, zoals een baan of een relatie. In grote lijnen is jaloezie te vergelijken met afgunst, al is er wel een verschil. Jaloezie heeft over het algemeen betrekking op zelf iets willen hebben, terwijl afgunst zich meer richt op het iemand anders willen ontzeggen van iets. Allebei zijn niet fijn, je kunt maar beter gevrijwaard blijven van dergelijke gevoelens. Om dat te bereiken, gelden wat algemene tips en trucs.

Jaloezie is in veel gevallen gebaseerd op voorbarige conclusies. Neem de tijd voor jezelf om zaken eens goed te overdenken. Heeft iemand het anders het werkelijk zoveel beter als jij? Een kenmerk van jaloezie is dat iemand van de ander alleen het mooie ziet en van zichzelf alleen de negatieve kanten. Alleen al door dit te beseffen, ga je vaak anders tegen dingen aankijken. Probeer in die situatie eens een lijstje te maken met je beste eigenschappen en schrijf tegelijk op welke negatieve dingen er te noteren zijn over de ander. Je zult zien dat je, na het bekijken van dat lijstje, al heel anders gaat denken over dat vermeende ideaalbeeld waarop je eerst zo jaloers bent geweest. Een tweede belangrijk aspect is je te realiseren dat niet iedereen denkt zoals je zelf denkt. Dat klinkt op zich logisch, maar vaak vergeten mensen dat wanneer ze door gevoelens van jaloezie worden overvallen. Ben je jaloers omdat je partner met een ander staat te praten...? Bedenk je dan eens dat het maar om 'gewoon praten' gaat. Wellicht zie jij in die ander een potentiële bedreiging voor jullie relatie, maar heeft je partner die gedachte helemaal niet. Probeer dus niet te denken namens je partner, maar hou je gedachten neutraal. Dat geldt omgekeerd ook over de manier waarop je over jezelf denkt. Je partner heeft je niet zomaar gekozen, er is een bepaalde aantrekkingskracht. Wanneer jij jezelf niet interessant of aantrekkelijk genoeg vindt, wil dat nog niet zeggen dat je partner dezelfde mening is toegedaan.

Twijfel je desondanks aan de goede bedoelingen van je partner...? Wees dan vooral duidelijk in je communicatie. Laat je gedachten niet een eigen leven gaan leiden, zonder dat ze op enige waarheid gebaseerd zijn. Stel liever een gerichte vraag om erachter te komen wat je partner werkelijk denkt. Maak er geen kruisverhoor van en houd rekening met de manier waarop je iets vraagt, het is immers de toon die de muziek maakt. Jaloezie heeft vaak ook te maken met onzekerheid. Ben je niet voldoende zeker over je eigen kunnen, dan ben je al snel geneigd om te denken dat iemand anders een betere kandidaat voor je partner zou zijn. Het tegendeel is waar, want zoals we eerder al opmerkten, je partner heeft je niet zomaar gekozen. Sta je zelfverzekerd in het leven, dan heb je ook geen reden om jaloers te zijn, toch...? Blijf altijd voor ogen houden dat het niemand zal lukken om altijd de beste, de leukste, de gezelligste, de mooiste of de intelligentste te zijn. Als niemand dat kan, waarom zou jij het dan wel moeten kunnen...? Een bekend spreekwoord zegt dat het gras bij de buren altijd groener is. Met andere woorden, zelfs wanneer het je lukt om datgene te krijgen wat een ander al heeft, dan nog zal het je niet echt gelukkig maken, omdat je vrij snel daarna alweer bent uitgekeken op dat andere en weer verlangt naar iets anders. Het is beter om de verschillen te accepteren zoals ze zijn. Juist het feit dat we allemaal anders zijn, maakt het leven zo leuk, toch...?

15 mrt. 2016 11:26:33 door Raimond Bos Psyche en brein

Hoe mooi zou het zijn als er in de toekomst geen mensen meer zijn die boze gedachten ten uitvoer brengen...? Dat pestgedrag of seksueel misbruik tot het verleden behoren...? Onmogelijk, zou je denken. Maar niet volgens een stel wetenschappers in New York. Zij hebben de indruk dat het over enige tijd mogelijk is om de mens te 'genezen' van dit soort negatieve gedachten. Ze hebben namelijk een belangrijke ontdekking gedaan bij recent hersenonderzoek. Een ontdekking, die wellicht grote gevolgen kan hebben, in positieve zin. Een klein voorbehoud is wel dat het vooralsnog alleen is onderzocht bij muizen. In hoeverre voor de mensen dezelfde spreekwoordelijke vlieger ook opgaat, is nog niet bekend.

Waar gaat het precies om...? De onderzoekers, verbonden aan de universiteit van New York, hebben ontdekt dat een bepaald gebied in de hersenen actief wordt voordat agressief gedrag zich openbaart. Op zich een logische situatie, want ons gedrag wordt vanuit de hersenen gestuurd en er moet dus eerst in de hersenen iets gebeuren, voordat we uit onze slof schieten. Het gaat om een gebied in de hyphothalamus, het hersendeel waar de hormonen en zenuwsignalen worden geregeld. Ook als we trek krijgen, komt dat signaal vanuit dit specifieke deel van de hersenen. Op basis van de conclusies die de onderzoekers nu hebben kunnen trekken, wordt verondersteld dat het in de toekomst mogelijk zou moeten zijn om ongewenst gedrag uit te roeien. Daarvoor zal ongetwijfeld nog een lange weg te gaan zijn, want zelfs wanneer het technisch mogelijk is, zal er nog een pittige discussie moeten worden gevoerd over de vraag wat ongewenst gedrag nu eigenlijk precies is. Over een aantal dingen zal met het daarbij wel snel eens zijn, maar het is met name het overgangsgebied tussen gewenst en ongewenst gedrag dat zeer discutabel is. Voordat die discussie enig nut heeft, zal eerst nog moeten worden bekeken of voor de mens dezelfde resultaten gelden als voor de muis. Om dat te kunnen vaststellen zullen eerst menselijke hersenen op dezelfde wijze moeten worden onderzocht. Als inderdaad blijkt dat voor de mens hetzelfde geldt, dan zijn er verschillende scenario's denkbaar. Er zijn een medicijn kunnen worden ontwikkeld, dat invloed heeft op dit specifieke deel van de hersenen. Er zou ook een permanente bewaking van de hersenactiviteit bij de mens kunnen worden ingesteld. In dat geval zouden derden op tijd gewaarschuwd kunnen worden zodra het ergens mis dreigt te gaan. Aan beide scenario's kleven nogal wat nadelen. Er zullen nog heel wat hobbels moeten worden genomen voordat de nu verkregen kennis op de een of andere manier toepasbaar is in de dagelijkse realiteit.

12 mrt. 2016 21:11:56 door Raimond Bos Psyche en brein
Van hoog naar laag sorteren

Artikelen 21 tot 30 van 51 in totaal

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5