Werk jij dagelijks hele sloten koffie weg...? En hebben mensen in je omgeving in het verleden al eens gewaarschuwd voor eventuele hartproblemen...? In het verleden werd een te hoog cafeïnegebruik namelijk gekoppeld aan een verhoogde kans op hartkloppingen. Echter, recent onderzoek lijkt het tegendeel te bevestigen. Onderzoekers van de universiteit van Californië hebben juist geen enkel verband kunnen vinden tussen de inname van cafeïne en verstoringen van het hartritme.

Vele jaren zijn we ervan uitgegaan dat dit verband er wel was. Daarbij baseerde men zich op eerdere onderzoeken, waarin door wetenschappers dergelijke verbanden werden vastgelegd. We moeten echter niet vergeten dat die onderzoeken met de kennis en kunde van tientallen jaren geleden werden uitgevoerd. Dat wil zeggen dat ze, afgezet tegen de huidige techniek en wetenschap, behoorlijk achterhaald zijn. Het valt dan ook niet uit te sluiten dat soortgelijke onderzoeken in het verleden veel minder nauwkeurig werden uitgevoerd. In elk geval lijkt de conclusie van weleer niet langer stand te houden, want de nieuwe bevindingen staan daar haaks op. Een groep van 1.388 personen werd een etmaal lang gevolgd, de hartactiviteiten van deze mensen werden nauwkeurig vastgelegd. Het gaat om mensen die dagelijks een uiteenlopende hoeveelheid cafeïne binnen krijgen door koffie te drinken. Voor de goede orde, het waren allemaal mensen die gewend waren om dagelijks een bepaalde hoeveelheid cafeïne te drinken, al verschilde die hoeveelheid onderling wel sterk.

De meest belangrijke conclusie van het onderzoek luidt dat er geen verband werd gezien tussen de hoeveelheid cafeïne die werd ingenomen en de snelheid waarmee het hart klopte. Er is nog met name gelet op de zogenoemde boezemextrasystolen en kamerextrasystolen, dat zijn voortijdige samentrekkingen van delen van het hart, die een verhoogde kans op hartfalen en beroertes tot gevolg kunnen hebben. Net als bij de algemene conclusie geldt dat ook deze afwijkingen niet vaker voorkwamen bij de mensen die veel cafeïne binnen kregen. Waar voorheen veelal werd gewaarschuwd voor het nuttigen van voedingsmiddelen met cafeïne, zoals koffie, thee en chocolade, neigen deskundigen er tegenwoordig juist steeds meer naar om het gebruik van dergelijke producten aan te moedigen. Ze zouden namelijk zelfs een positief effect op ons lichaam, en met name voor hart en vaten, kunnen hebben. Aanvullend onderzoek moet uitmaken in hoeverre het hart wel reageert op de inname van cafeïne door iemand die niet gewend is deze stof binnen te krijgen.

Er dreigt een tekort aan het medicijn Thyrax. Door een verhuizing van de fabrikant is de productie lager geweest dan gewoonlijk en er is niet voldoende voorraad beschikbaar om alle patiënten te kunnen voorzien van de benodigde medicijnen. Thyrax wordt voorgeschreven aan patiënten met een te traag werkende schildklier en is van essentieel belang om goed te kunnen functioneren. Het gaat om de tabletten met een dosering van 0,025 microgram, die veel worden voorgeschreven.

De schildklier is een klein orgaan in de hals, die de hormoonhuishouding in het lichaam regelt en ook mede verantwoordelijk is voor onze stofwisseling en voor de groei van ons lichaam. Wanneer deze klier te traag werkt, is dit van grote invloed op ons functioneren. Hartkloppingen, chronische vermoeidheid en allerlei storingen kunnen in dat geval ontstaan. Met het medicijn Thyrax zijn dergelijke klachten goed te voorkomen. Het medicijn dient daartoe dagelijks, direct bij het opstaan, te worden ingenomen. Nederland telt ongeveer 350.000 schildklierpatiënten die van Thyrax afhankelijk zijn. De branchevereniging van Nederlandse apothekers (KNMP) heeft met verbijstering gereageerd op het nieuws over het dreigende tekort. Men noemt het maatschappelijk onverantwoord van de fabrikant en vindt dat er meer had moeten worden gedaan om dit tekort te voorkomen.

Het is niet de eerste keer dat er ophef ontstaat over het medicijn Thyrax. Vorig jaar kwam er bij de Schildklier Organisatie Nederland (SON) veel klachten binnen nadat de fabrikant de verpakking van Thyrax had gewijzigd. Waar het medicijn voorheen in kleine glazen potjes werd verstrekt, werden de tabletten voortaan in doordrukstrips op de markt gebracht. Handiger en hygiënischer, maar de maatregel leidde tot de nodige problemen. Veel mensen bleken opeens een hogere dosering van het medicijn binnen te krijgen dan voorheen. Dat leidde tot lichamelijke klachten. De fabrikant stelde destijds dat er geen sprake was van een verhoogde dosering. De verklaring voor de hogere dosering zou moeten worden gevonden in het feit dat de werkzame stof beter in de tabletten aanwezig blijft doordat ze in de luchtdichte doordrukstrips verpakt worden.

Het wijzigen van de dosering is voor schildklierpatiënten meestal een ingrijpende zaak, want alleen wanneer de dosering goed is afgestemd op de behoefte van het lichaam kunnen ze goed functioneren. Het ziet ernaar uit dat voor veel patiënten zich een soortgelijke situatie gaat voordoen, want omdat Thyrax over enige tijd niet meer voldoende beschikbaar is, zullen ze naar de huisarts moeten voor een alternatief. Daarvoor moeten eerst de actuele bloedwaarden gemeten worden en de kosten van een dergelijke bloedtest worden niet vergoed omdat ze vallen onder het eigen risico. Het totale bedrag dat met deze operatie gemoeid is, zal vermoedelijk in de miljoenen euro's gaan lopen. Of de fabrikant hiervoor aansprakelijk kan worden gesteld, is nog niet duidelijk. Wanneer mensen vragen hebben over de situatie die door het tekort aan Thyrax ontstaat, kunnen ze contact opnemen met het Landelijk Meldpunt Zorg via telefoonnummer 088 1205020.

Vergoeding mogelijk niet bij iedereen bekend

Stoppen met roken is voor de meeste mensen niet eenvoudig. Slechts een beperkt aantal mensen slaagt erin om zonder begeleiding te stoppen met roken en dat vervolgens ook vol te houden. Een gewoonte aanleren is niet moeilijk, een gewoonte afleren des te meer. Vooral omdat we hier te maken hebben met een verslaving, valt het niet mee. Toch blijkt er weinig belangstelling te zijn voor het volgen van een cursus om te stoppen met roken.

Sinds 2011 wordt het volgen van dergelijke cursussen door de zorgverzekeraars vergoed. Een logische stap, omdat het vergoeden van een cursus qua kosten niet opweegt tegen de kosten voor het behandelen van de ernstige aandoeningen die roken kan veroorzaken. Veel rokers geven bovendien vaak aan dat ze wel willen stoppen met roken, maar dat het ze simpelweg niet lukt. Je zou dus zeggen dat het volgen van een cursus op kosten van de zorgverzekeraar door velen als kans wordt gezien om voor altijd de tabakswaren af te kunnen zweren. De cijfers wijzen echter iets anders uit. Kennelijk wil men het liever op eigen houtje proberen. Dat is niet verstandig, want ook hier liegen de cijfers er niet om. Van alle mensen die op eigen kracht, dus zonder begeleiding, stoppen met roken, houdt uiteindelijk slechts vijf procent het vol. Van de mensen die wel een cursus volgen slaagt dertig procent erin om de sigaretten definitief af te zweren.

In 2014 telde Nederland 3,6 miljoen rokers. Bijna een op de vijf Nederlanders van 12 jaar en ouder rookte dagelijks, nog eens een kwart stak zo nu en dan een sigaret op. Elk jaar probeert een miljoen mensen te stoppen met roken, maar slechts een gering percentage slaagt daar dus in. Cijfers van enkele grote zorgverzekeraars wijzen uit dat amper 20.000 mensen in 2015 gebruik maakte van de mogelijkheid om een cursus stoppen met roken te volgen. Vermoedelijk heeft dit relatief lage cijfer ook te maken met het feit dat veel mensen niet op de hoogte zijn van het feit dat dergelijke cursussen worden vergoed. Intussen worden de campagnes om het roken te ontmoedigen steeds slimmer. KWF Kankerbestrijding startte het jaar 2016 met een nieuwe campagne rond de slogan 'Eigenlijk best gek, hè'. Deze campagne richt zich met name op rokende ouders, die er fijntjes op worden gewezen dat ze bepaald niet het goede voorbeeld geven.

10 miljoen correcties per jaar

Er worden veel fouten gemaakt bij het uitschrijven van recepten voor medicijnen. Volgens de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP, de beroeps- en brancheorganisatie voor apothekers) worden door apothekers elk jaar ongeveer 10 miljoen (!) recepten van huisartsen gecorrigeerd. Zou dat niet gebeuren, dan zouden bij een deel van de betreffende patiënten ernstige complicaties kunnen ontstaan en zelfs dodelijke slachtoffers kunnen vallen. Ook in ziekenhuizen wordt vaak onjuiste medicatie toegediend.

Even naar de huisarts en vervolgens met een recept naar de apotheek. In de meeste gevallen gaat dat gewoon goed, maar toch zijn er nog heel veel situaties waarin fouten worden gemaakt. Het is volgens de KNMP niet zo dat huisartsen slordig werken, maar de apothekers hebben de taak om doseringen te controleren en erop toe te zien of de medicatie ingenomen mag worden in combinatie met andere medicijnen die door de patiënt worden gebruikt. Daar heeft men immers altijd het meest actuele overzicht van beschikbaar. Elke dag wordt door apothekers in Nederland maar liefst 40.000 keer een recept aangepast. Bij 1 op de 10 patiënten wordt daarmee voorkomen dat er ernstige complicaties ontstaan of opname in een ziekenhuis nodig is. De apothekers grijpen het cijfer aan om duidelijk te maken wat apotheekzorg inhoudt en hoe belangrijk die is. Men hoopt daarmee meer begrip te kweken voor de kosten die moeten worden gemaakt, zodat er minder vaak sprake is van agressie aan de balie.

Die agressie ontstond nadat op 1 januari 2014 apart moest worden betaald voor het begeleidingsgesprek bij de apotheek. In dit verplichte gesprek legt de apotheker uit hoe de medicijnen moeten worden ingenomen. Deze kosten werden voorheen doorberekend in de totaalprijs van de medicijnen, maar sinds 1 januari 2014 stonden ze apart op de rekening. Dat leidde tot protesten van mensen die het gesprek dan liever achterwege wilden laten, om zo op de kosten te besparen. Dat was echter niet mogelijk, zonder begeleidingsgesprek krijgt de patiënt de medicijnen namelijk niet mee. Per 1 januari 2016 is de maatregel weer teruggedraaid, nu staat er net als vroeger een totaalbedrag voor alle kosten op de rekening. Volgens de KNMP verdienen apothekers hun brood al lang niet meer met de verkoop van medicijnen, maar met de zorg die zij leveren. Een zorg die duidelijk nodig is, zo concluderen ze zelf op basis van de cijfers met betrekking tot onjuiste recepten.

Jaarlijks overlijden er zeker 1.200 mensen in ons land doordat onjuiste medicatie is toegediend. In de meeste gevallen gebeurt dat in het ziekenhuis, waar de recepten niet door apothekers worden gecontroleerd. De medicatie wordt door de artsen voorgeschreven en door het verplegend personeel vervolgens verstrekt. De KNMP stelt dat er in die sector nog veel winst te behalen valt. Deze maand zijn de apothekers een grote campagne gestart onder de titel 'De eerste keer'. Via radiospots, posters, social media, een animatiefilm en de wachtkamerkrant wordt de consument geïnformeerd over de noodzaak van het begeleidingsgesprek dat wordt gevoerd wanneer iemand een bepaald medicijn voor de eerste keer voorgeschreven krijgt. De kreet 'De eerste keer... extra veilig!' zal daarin regelmatig te zien en te horen zijn. De Universiteit van Maastricht concludeerde onlangs uit eigen onderzoek dat zeker vijf procent van de senioren in ons land door verkeerde medicatie in het ziekenhuis belandt.

Alternatief al jaren beschikbaar

Jarenlang hebben we onze buikspieren getraind door middel van de zogenoemde sit-ups, grondoefeningen die de laatste tijd steeds meer in de ban wordt gedaan. Waarom? De sit-ups zouden slecht zijn voor de rug en inmiddels zijn er andere oefeningen bekend die veel effectiever zijn.

Liggend op je rug, de knieën opgetrokken en vervolgens met het bovenlichaam omhoog komen tot de rug in een hoek van 90 graden ten opzichte van de vloer komt. Wie heeft het niet gedaan? Deze oefening werd in het verleden vaak geadviseerd aan mensen die de buikspieren wilden trainen. Deze oefening blijkt echter rugblessures in de hand te werken. Amerikaans onderzoek toont aan dat meer dan de helft van het aantal rugblessures bij de marine wordt veroorzaakt door de sit-ups, die wellicht in de toekomst helemaal niet meer zullen worden uitgevoerd door de mariniers. In de Navy Times, de krant van de Amerikaanse marine, is inmiddels een artikel verschenen waarin wordt opgeroepen om de sit ups achterwege te laten.

Het probleem bij de sit-ups is de grote druk die op de ruggenwervel komt te staan. Met name de onderrug krijgt het zwaar te verduren, uit onderzoek blijkt dat er bij het uitvoeren van sit-ups een drukbelasting van meer dan 3000 Newton ontstaat. Dit geldt zowel bij de dynamische als de statische uitvoering van de sit-ups. Ook wanneer men kiest voor de crunch, een oefening waarbij met de elleboog van de ene arm de knie van het tegengestelde been wordt aangeraakt, is sprake van een hoge druk op de onderrug. Het gevolg is dat men snel last kan krijgen van lage rugpijn, spierspanning, spasme of een hernia. Is het altijd slecht om sit-ups of crunches te doen? Nee, niet zolang het blijft bij enkele oefeningen. Maar vaak gaat men er te lang mee door.

Naar mate de hoeveelheid van dergelijke oefeningen stijgt, vermindert de kracht van de spieren in de onderrug, omdat die vermoeid raken. Daardoor worden de oefeningen, naar mate de tijd vordert, steeds minder zorgvuldig uitgevoerd. Gelukkig zijn er inmiddels goede alternatieven voor de sit-ups beschikbaar. De meest ideale oefening om de spieren te trainen is de plank die, net als de sit-ups, op de grond wordt gedaan. Je gaat voor deze oefening zitten op handen en voeten, waarbij de handen recht onder de schouders moeten staan. Vervolgens breng je het hele lichaam in een rechte lijn, waarbij je steunt op de handen en de tenen. Door de buik- en bilspieren aan te spannen zorg je ervoor dat de rug recht blijft. Een prima oefening om blessurevrij te kunnen trainen.

Slaapwandelen, ook wel somnabulisme genoemd, is een bijzonder fenomeen. Terwijl we slapen, kunnen we door het huis lopen, hardop praten en zelfs ingewikkelde handelingen verrichten, zoals auto rijden of een muziekinstrument bespelen. Meestal duurt het niet veel langer dan tien minuten, hoewel er ook slaapwandelaars zijn die een half uur of langer uit bed zijn. Bij kinderen komt slaapwandelaar vaker voor dan bij volwassenen, vooral in de leeftijd van de basisschool.

In films zien we soms iemand rondlopen met de handen recht vooruit. Een beeld dat in feite niet klopt, want zo loopt een slaapwandelaar niet echt in het rond. Soms komt het zelfs niet eens tot daadwerkelijk lopen, maar richt de slaapwandelaar zich alleen enige tijd op in bed. Soms worden er echter wel afstanden afgelegd binnenshuis of zelfs daarbuiten. Over het hoe en waarom bestaat nog veel onduidelijkheid. Het slaapwandelen gebeurt voornamelijk tijdens de zogenoemde NREM-slaap. In deze slaapfase is het lichaam nog actief, terwijl de hersenen al slapen. Er wordt dan ook verondersteld dat de wisselwerking tussen waken en slapen niet helemaal goed verloopt bij mensen die aan het slaapwandelen zijn. Tijdens het slaapwandelen kunnen mensen gaan praten of zelfs schreeuwen. Ook verrichten ze soms handelingen die niet logisch zijn, of op een verkeerde plaats. Zo zijn er mensen die in hun slaap een plas doen in de vuilnisbak of die met meubels gaan schuiven. Hallucineren, eten of onfatsoenlijke (seksuele) handelingen verrichten komt ook voor.

Met name kinderen zien we vaker slaapwandelen. Een verklaring hiervoor kan zijn dat het lichaam van een kind nog volop in ontwikkeling is. Ook de hersenen ontwikkelen zich nog en wellicht ontstaan daarbij soms storingen in de slaapfases. Er wordt ook gewezen op de veranderende hormoonhuishouding, die van invloed zou kunnen zijn op het slaapwandelen. Volwassenen die slaapwandelen deden dat vaak ook al in hun kinderjaren. Vermoeidheid en stress kunnen ook een rol van betekenis spelen. Hetzelfde geldt voor het gebruik van alcohol of medicijngebruik. Onderzoek wijst bovendien uit dat erfelijkheid een rol speelt, want slaapwandelen komt in bepaalde families veel vaker voor. De locatie is overigens niet van belang, sommige mensen slaapwandelen vooral thuis, anderen juist wanneer ze op een andere locatie zijn. Veelal wordt gedacht dat het onverstandig is om een slaapwandelaar te wekken, maar die gedachte berust op een misverstand. Wel kan de slaapwandelaar bij plotseling ontwaken erg verward zijn.

Ons lichaam rekent op kou

Het menselijk lichaam kan wel wat temperatuursverschillen aan. Sterker nog, het rekent erop dat we het in een deel van het jaar kouder krijgen. Door de moderne verwarmingssystemen hoeft niemand het binnenshuis koud te hebben, maar intussen werken we daarmee wel onze gezondheid tegen. Wetenschappers hebben vastgesteld dat ons lichaam bij voorkeur de natuurlijke cyclus van warm en koud volgt.

Bij de minste of geringste kou zetten we de verwarming een graadje hoger. Maar is dat wel zo verstandig? Een constante temperatuur lijkt dan misschien wel ideaal, maar is dat in feite helemaal niet. Je verstoort er de werking van bepaalde processen in je lichaam mee. Wanneer het lichaam rekent op flinke kou, dan wordt daar natuurlijk rekening mee gehouden. Als die kou vervolgens uitblijft, kan dat ertoe leiden dat dergelijke processen niet goed uit de verf komen, afgeremd worden of ongedaan worden gemaakt. Een verstoring heeft doorgaans altijd kwalijke gevolgen. Het is wellicht niet iets waarbij je dagelijks stil staat, maar het feit dat wij verwarming in ons huis hebben is natuurlijk iets onnatuurlijks. We hebben het bedacht om permanent in een behaaglijke omgeving te kunnen vertoeven. Al langere tijd is bekend dat het niet verstandig is om in de slaapkamer de temperatuur te hoog op te laten lopen. In de nacht koelt ons lichaam af en dat afkoelen is belangrijk. Afkoelen wordt vaak belemmerd door een te hoge omgevingstemperatuur. In de slaapkamer is een temperatuur van 16 graden Celsius aanbevolen. In de woonkamer stoken we de boel 's winters meestal op tot gemiddeld 20 à 22 graden Celsius. Dat zou dus best wat minder mogen, zo stellen wetenschappers van 26 universiteiten uit diverse landen. Een mooie bijkomstigheid is dat we ook het milieu dan minder zouden belasten, een win-winsituatie dus! Tijd om een warme trui te kopen...?

Gevaar voor kankerverwekkende stoffen

De overheid gaat de verkoop van elektronische sigaretten aan banden leggen. De regels worden aangescherpt in het kader van de volksgezondheid. Het besluit lijkt een reactie te zijn op publicaties eerder dit jaar, waaruit zou blijken dat er kankerverwekkende stoffen vrijkomen bij verhitting van de stoffen in de apparaatjes. Jongeren onder de 18 jaar mogen straks geen e-sigaretten meer kopen, waarmee de uitvinding dezelfde status krijgt als de gewone sigaret.

Sinds de e-sigaret op de markt kwam hebben veel mensen deze noviteit omarmd als probaat middel om van het roken af te komen. Immers, ze grijpen daardoor niet meer naar de echte sigaret, hebben nog steeds iets te 'roken' en hoeven de gewoonte om een sigaret op te steken dus niet helemaal af te leren. Tot zover het positieve. Minder vrolijk werden we echter begin dit jaar van het nieuws dat Amerikaanse onderzoekers hadden vastgesteld dat de e-sigaret kankerverwekkend zou zijn. Althans, niet wanneer je een exemplaar met een batterij van 3 volt gebruikt. Heb je er echter eentje met een batterij van 5 volt, dan bestaat de kans dat je, bij oververhitting, een stof binnen krijgt die je echt niet wilt hebben. Wanneer de stoffen glycol en glycerol, die zich in de e-sigaretten bevinden, extreem verhit wordt, dan ontstaat het kankerverwekkende formaldehyde, een stof die hoog scoort in de hitlijst van kankerverwekkers. Bij normaal gebruik van de e-sigaret zou er op zich geen gevaar moeten zijn.

Het apparaatje moet in de toekomst worden voorzien van een bijsluiter en het mag niet meer als prijs worden weggegeven bij een spel of wedstrijd. Met deze maatregelen hoopt de overheid te bereiken dat met name jongeren de e-sigaretten niet zo gemakkelijk in handen krijgen. Juist de jongeren lijken het te zijn waar de fabrikanten van de apparaatjes op mikken. Ze voorzien de e-sigaretten daarom bewust van een mooie vormgeving en vullen ze met allerlei aantrekkelijke smaakjes. Jongeren konden immers al geen gewone sigaretten meer kopen en waren daarom een interessante doelgroep voor deze noviteit. Aan die situatie komt bij invoering van de nieuwe regels een einde. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) heeft een factsheet over de e-sigaret opgesteld. Je kunt het document hier bekijken.

Feiten en fabels over gebitsverzorging

Twee keer per dag de tanden poetsen, is dat werkelijk nodig...? En is het ook mogelijk om te veel te poetsen...? Waarom is fluor in onze tandpasta belangrijk...? Over de verzorging van onze tanden bestaan veel misverstanden. We zetten de belangrijkste feiten op een rij...!

Van nature heeft ons speeksel een belangrijke functie in het beschermen van ons gebit. Maar doordat we zelf allerlei voedingsmiddelen hebben uitgevonden die een ware aanslag op onze tanden en kiezen vormen, is het zinvol om dagelijks minimaal twee maal te poetsen met een tandenborstel en een goede tandpasta met fluoride. In feite geldt dat we zouden moeten poetsen na elke maaltijd, maar in de praktijk is dat vaak wat lastig. Dagelijks twee maal poetsen is een goed uitgangspunt voor het beschermen van ons gebit. Maar pas op, lukraak poetsen zonder erbij na te denken kan eerder kwaad doen dan goed. Het is belangrijk om ook het poetsen van ons gebit voldoende aandacht te geven en er zeer bewust mee bezig te zijn.

Waarom poetsen...?

We poetsen onze tanden om tandplaque te verwijderen. Daarmee voorkomen we dat er gaatjes ontstaan in het glazuur. Het tandglazuur is het hardste onderdeel van ons lichaam. Niet vreemd, want onze tanden krijgen nogal wat te verduren. Ze moeten het hardste voedsel kunnen verwerken en dus tegen vrijwel alles bestand zijn. Over het algemeen zijn ze dat ook, maar waar ze niet goed tegen kunnen is zure substanties. Daarom schuilt er gevaar in het drinken van veel (zure) frisdranken, maar ook veel zoetigheid is niet goed. Zoetigheid hecht zich aan de tanden in de vorm van tandplaque, die vervolgens weer bacteriën aantrekt. Die bacteriën scheiden zuren uit en zo wordt ons tandglazuur alsnog door zure substanties belaagd. Hoe minder plaque, hoe minder ons glazuur wordt aangevallen en hoe kleiner de kans op gaatjes is.

Hoe moet je poetsen...?

Zoals met alles geldt hier ook dat overdaad schaadt. Het tandvlees kan beschadigen doordat we te intensief poetsen, maar ook het glazuur kan er uiteindelijk onder leiden wanneer we niet op de juiste manier te werk gaan. Belangrijk is om niet teveel druk uit te oefenen tijdens het poetsen. Een druk van ongeveer 100 gram is voldoende om de plaque te verwijderen. Maar hoeveel druk is dat precies...? Oefen met de tandenborstel eens wat druk uit op de keukenweegschaal. Wanneer die 100 gram aangeeft, weet je welke druk je idealiter zou moeten uitoefen. Let erop dat je tijdens het poetsen ook echt overal komt. Poets dus niet zomaar lukraak wat in het rond, maar doet het stapsgewijs in een vast patroon, zodat je niets vergeet. Elk vergeten plekje vormt immers een extra kans op tandbederf.

Pas op met zuren

Zoals gezegd, zuur is schadelijk voor de tanden. Daar staan we vaak niet voldoende bij stil. Heb je fruit of zure dranken genuttigd...? Wacht dan bij voorkeur een uur met het poetsen van de tanden. Zo geef je het speeksel de kans om de zuren in de mond te neutraliseren en weg te spoelen. Zolang de zuurtegraad in de mond te laag is, is het tandglazuur kwetsbaar en bestaat de kans dat je het, door erop te gaan poetsen, beschadigt. Suikervrije kauwgom kan een goede bijdrage leveren aan het neutraliseren van de pH-waarde (zuurtegraad) in de mond. Ook het spoelen van de mond met water na afloop van een maaltijd en/of zuuraanval door fruit of sappen is aan te bevelen om de schade zoveel mogelijk te beperken. Met name energiedrankjes en ijsthee staan erom bekend dat ze zeer schadelijk kunnen zijn voor de tanden, pas daar dus mee op...!

Gebruik de juiste middelen

Een goede tandenborstel heeft een kop die niet te groot is. Hoe groter de kop, hoe minder goed je in elk hoekje van het gebit kunt komen. Een dikke steel is prettig, dat biedt immers meer houvast. Vervang de borstel wanneer de haren breder uiteen staan dan de steel van de borstel breed is. Wanneer dit resultaat al binnen een maand na ingebruikname van de nieuwe borstel is bereikt, dan wordt er te intensief gepoetst. Er zijn veel verschillende soorten tandpasta verkrijgbaar, elk met een eigen smaak. De smaak is niet relevant voor het resultaat, kies dus naar eigen voorkeur. Een tandpasta moet in elk geval plaque verwijderen en de mond schoon houden. Fluoride in tandpasta is belangrijk, want dit houdt cariës (tandbederf door gaatjes) weg en maakt het glazuur bestand tegen zuuraanvallen. Poets in elk geval twee maal per dag voor een langdurig gaaf gebit.